Aart Bontekoning is expert op het gebied van generatiediversiteit & evolutie van ons gedrag in organisaties. In 2007 promoveerde hij op dit onderwerp. Sindsdien onderzoekt hij ook de twee jongst werkende generaties: de millennials (1986-2000) en de generatie Z’ers (2001-2015), die momenteel op de arbeidsmarkt komt. Met zijn kennis van generatiediversiteit en zijn focus op young professionals zet hij op Careerwise.nl verschillende onderwerpen uiteen voor jou als HR-professional of leidinggevende. In deze serie: Zinvol vernieuwen met resultaat. Zo beweeg je naar het nieuwe denken.
Verander de wereld en begin bij jezelf, geldt ook voor vernieuwen. Jezelf veranderen is al lastig genoeg. Dat jij anderen kunt veranderen is een misverstand. Je kunt wel de aanleiding zijn, waardoor iemand denkt: oké dat is tof, dat ga ik ook zo doen. We kunnen elkaar wel aansteken, maar het daadwerkelijk veranderen doet een mens zelf, of niet. De meest aanstekelijke mensen zijn energiek, die doen waar ze energie van krijgen. Jouw gedrag kan dus wel een golf aan vernieuwing in gang zetten. Zo pak je dat aan:
Kom zelf in actie
Bij jezelf beginnen dus, om de wereld om je heen aan te steken. Je kunt er allereerst voor kiezen om niet mee te gaan in de verouderde processen en in plaats daarvan wel te doen waar jij de meeste werkenergie van krijgt. Ga niet herhalen wat jouw werkenergie wegneemt, want dan houd je de veroudering in stand.
Verander jezelf – niet de ander
Je collega’s gaan niet allemaal automatisch mee met jouw veranderde gedrag. Je kunt daardoor de neiging hebben om hen te willen veranderen. Maar dat werkt averechts. Hoe harder jij duwt, hoe dieper zij hun hakken in het zand zetten. Vooral oudere collega’s hebben soms tijd nodig om hun automatische piloot te herprogrammeren. Als je bijvoorbeeld al 30 jaar op een bepaalde manier hebt vergaderd, dan kan die gewoonte diep geworteld zijn. Zelfs als hij of zij zelf ook voelt dat het verouderd is, kan het lastig zijn. Dan heeft hij of zij het nodig dat jij daar niet in meegaat en juist de vernieuwde manier toepast en volhoudt. Vooral wanneer hij of zij merkt dat die nieuwe manier meer werkenergie geeft, begint het vernieuwen op gang te komen. Op die manier kunnen jouw collega’s zelf enthousiast en nieuwsgierig worden en veranderen ze zélf mee.
Vraag om steun
Er zullen altijd collega’s zijn, die niet mee willen in de vernieuwing, ook niet als jij er mooi over vertelt. Dat is niet erg. Laat die collega’s niet links liggen, maar ga wel door! Kijk vooral naar wie jou wel willen steunen. Vraag het expliciet en je zult er verbaasd van staan hoeveel ervaren collega’s bereid zijn tot vernieuwing. Een gesloten houding is soms ook een verouderde gewoonte. Laat je daardoor niet remmen. Vaak denken jongeren dat wat gesloten oudere collega’s niets meer willen veranderen. Dat denken die oudere collega’s vaak zelf ook. Tot ze ontdekken dat ze top down veranderen zat zijn en wel willen veranderen op een manier die werkenergie bij hen opwekt. Dus check je aanname en vraag door. Zo ontstaat er een goed gesprek waarin je elkaar kunt inspireren.
Blijf in verbinding
Het is erg belangrijk om in verbinding te blijven met ál je collega’s. Dus ook zeker met de collega’s die niet mee willen veranderen en misschien wel extra vasthouden aan de verouderde systemen en processen. Anders bestaat het gevaar dat je twee groepen krijgt: de vernieuwers en de vasthouders. Op die manier kom je lijnrecht tegenover elkaar te staan en kom je in een spagaat waar je niet meer uitkomt. Houd de dialoog daarom in stand, bijvoorbeeld met deze gespreksstof:
- Benadruk dat je graag samen wilt werken, maar wel op een manier die bij jou en hen werkenergie opwekt
- Onderzoek samen wat de meeste werkenergie wegneemt en waar je allemaal eigenlijk mee zou willen stoppen en spreek af dat jullie dat ook gaan doen
- Vraag aan collega’s hoe zij denken dat je iets energiek aan kunt pakken, in plaats van mee te gaan in het versuffende verouderde
- Of vraag, zonder veroordeling, waarom hij het verouderde proces wél fijn vindt en probeer hem goed te begrijpen dus je bedoelt dat je… Vaak komt de angst om fouten te maken naar boven en daar kun je samen wat mee.
Laat je niet afremmen
Het moeilijkste aan een vernieuwing is: volhouden. In het begin ben je namelijk enthousiast en gemotiveerd om de vernieuwing toe te passen. Maar je zult altijd op obstakels stuiten, zoals mensen die niet mee willen of gewoon gedoe tijdens het omschakelen van de verouderde naar de nieuwe methode. Soms zal je het gevoel hebben dat je tegen de stroom in moet zwemmen. Dat klopt, het vernieuwen is nogal eens het tegenovergestelde van wat de gewoonte is. Besef dat het vernieuwen nodig is om samen te overleven, om sociaal en economisch gezond te blijven. Als een organisatie of team blijft hangen in het verouderde, dan heeft iedereen daar last van, het neemt steeds meer werkenergie weg en dat is niet vol te houden.
Organiseer daarom steun om je heen: vooral bij generatiegenoten en ervaren collega’s. Zonder hun steun kom je niet ver. Expliciete steun van leidinggevenden kan ook flink helpen. Verken samen met hen hoe jullie kunnen doorpakken. In het belang van alle generaties en jullie organisatie. Begin vooral met de dingen die binnen je eigen beïnvloedingsgebied liggen. Elke interactie waarbij jij bent betrokken, biedt een kans.
Trap er niet in
Young professionals dragen vernieuwing in zich, daarom zijn het vaak young professionals die met vernieuwingen komen in plaats van het top down management. Maar het is een misverstand dat senior collega’s automatisch tegen vernieuwing zijn. Wat wel zo is:
- Ze vinden het soms lastiger, omdat ze al jaren op een bepaalde manier werken.
- Let op hoe je communiceert. Niet: jouw manier van werken is niet goed. Maar: je werk wordt ontzettend gewaardeerd, maar dit systeem deugt niet meer. Jij kunt dit niet volhouden en ik verlies er ook werkenergie van. Hoe kunnen we dat het beste oplossen?
Zo beweeg jij naar het nieuwe denken en doen, en ondertussen steek je anderen aan met jouw enthousiasme. Lees verder in deel vier: Zo stimuleer je de updatebeweging van binnenuit.
Voor het eerst in de geschiedenis zijn er vijf verschillende generaties op de werkvloer. Hoe zet je generatiediversiteit in om als organisatie, afdeling of team fris en bij de tijd te blijven? Hoe blijf je aantrekkelijk voor jonge en oudere medewerkers én voor klanten? Lees hier meer.